Missie, visie, strategie

Pensioenfondsen leggen doelstellingen en beleidsuitgangspunten vast, uniek en transparant, en in afstemming met belanghebbenden. Het bestuur stemt deze af met alle organen van het fonds. Het bestuur vraagt ook bij sociale partners naar hun doel, ambitie en risicohouding. De Code Pensioenfondsen geeft een belangrijke plaats aan missie, visie en strategie, en veronderstelt dat pensioenfondsen daarover publiek verantwoording afleggen. 

missie, visie en strategie

Missie, visie en strategie

Pensioenfondsen leggen doelstellingen en beleidsuitgangspunten vast, uniek en transparant, en in afstemming met belanghebbenden. Het bestuur vraagt ook bij sociale partners naar hun doel, ambitie en risicohouding. De Code Pensioenfondsen geeft een belangrijke plaats aan missie, visie en strategie, en veronderstelt dat pensioenfondsen daarover publiek verantwoording afleggen.

Datgene onderzoeken, afstemmen en gebruiken wat je belanghebbenden verlangen: rendement/risico

Bij de afstemming van hun missie, visie en strategie denken pensioenfondsbesturen na over de vragen die zij voorleggen aan het intern toezicht en het verantwoordingsorgaan. Toezichthouders kunnen reflecteren op proces en procedure; verantwoordingsorganen kunnen reflecteren op inhoud en afwegingen.
Belangrijk is dat pensioenfondsen onderzoeken wat deelnemers en pensioengerechtigden een goede afweging tussen rendement en risico vinden en welke uitgangspunten zij bij beleggings- en pensioenbeleid willen hanteren. Deze afweging en uitgangspunten worden opgenomen in de missie en strategie.

 

balans missie

De samenleving moet kunnen meekijken 

Pensioenfondsen zijn maatschappelijke instellingen en zijn daarom open over hun missie, visie en strategie. De begrippen missie, visie en strategie worden in de praktijk verschillend gebruikt. Je kunt denken aan het volgende.

‘Onderzoeken, afstemmen en vastleggen van missie, visie en strategie is de belangrijke stap om daarna maximaal transparant
te zijn.’

Missie

Normbepalend en beschrijvend
De missie beschrijft doelen en uitgangspunten van het fonds. Hoe geef je als fonds vorm aan je visie? Realiteit, concreetheid en meetbaarheid zijn belangrijke elementen naast evenwichtige belangenafweging, beleids-, risico- en rendementsaspecten. De missie ademt ook het gedrag en de cultuur van het pensioenfonds.

Visie

Blikbepalend en toekomstgericht
De visie van het fonds beantwoordt de vragen: Wat zie je om je heen? Wat verwacht je? Wat wil je bereiken? Wie wil je zijn? Daarmee fungeert de visie als referentiepunt vanuit een langetermijnperspectief. Gezichtsbepalende, langetermijndoelen zijn elementen die in de visie terugkomen.

Strategie

Planmatig en risicobewust
De strategie van het fonds beschrijft de manier waarop je – binnen de geformuleerde kaders en vanuit het perspectief – je missie en visie wilt bereiken. Pensioenfondsen besteden continu aandacht aan het consequent en accuraat doorvertalen in beleidsdocumenten en de uitvoering van beleid.

 

Good practices in bestuursverslagen over de missie

De missie van een pensioenfonds (in max 200 kernwoorden, normerend over het waarom):

  1. beschrijft de basishouding bij de uitvoering van de pensioenregeling(en), stelt de belangen van de (gewezen) deelnemer en pensioengerechtigden centraal en besteedt aandacht aan goed huisvaderschap;
  2. benoemt de opdrachtgevende partij(en) en beschrijft welke verhouding met deze partijen wordt nagestreefd en hoe deze verhouding is vastgelegd;
  3. beschrijft de basishouding ten opzichte van het financiële, actuariële en beleggingsbeleid en de houding ten opzichte van het veronderstelde risico;
  4. beschrijft de basishouding ten opzichte van de uitvoering (van de pensioenregeling(en)) en besteedt daarbij aandacht aan (kosten)efficiëntie, betrouwbaarheid van de uitvoering en effectieve beheersing van risico’s;
  5. geeft inzicht in de weging van verschillende beleidsaspecten waarbij de afweging tussen risico en rendement duidelijk wordt.

Het bestuur betrekt gedrag en cultuur als belangrijke en gedragen waarden in de beschrijving.

 

Good practices in bestuursverslagen over de visie

De visie van een pensioenfonds (in max 500 signaalwoorden, inspirerend over het wat):

  1. beschrijft – vanuit de omgevingsanalyse – in welke mate (het beste) pensioenresultaat wordt nagestreefd;
  2. benoemt ten minste de risicohouding bij de uitvoering van de pensioenregeling, waarbij de onderliggende samenhang tussen financieel, actuarieel en beleggingsbeleid duidelijk wordt.

Vanuit het perspectief van de belanghebbenden besteedt het pensioenfonds bijvoorbeeld aandacht aan:

  • de noodzaak om ten behoeve van het pensioenresultaat van belanghebbenden te beleggen;
  • de mate waarin risico’s bewust worden gelopen;
  • de beschrijving van risico’s;
  • de afweging van risico’s;
  • het gewenste inzicht van belanghebbenden in de risico’s en de verantwoording hierover. 

 

Good practices in bestuursverslagen over de strategie

De strategie (in planvorm, max 500 woorden, kaderstellend over het hoe):

  1. geeft aan in welke onder-/achterliggende documenten de verschillende beleidsonderdelen in samenhang of integraal worden beschreven, waarbij in ieder geval de positiekeuze (wat bedoel je hiermee?) om de missie en visie in te vullen aan de orde komt.
  2. beschrijft (daarom) vanuit planmatig perspectief de volgende onderdelen:uitvoering (beschrijving van/voorwaarden rond in- en/of uitbesteding, functies/rollen, kosten, beheersing, etc.).
    - pensioenbeleid (financieel en actuarieel);
    - vermogensbeheerbeleid;
    - risicobeheerbeleid;
    - communicatiebeleid;
    - informatietechnologiebeleid;
    - uitvoering (beschrijving van/voorwaarden rond in- en/of uitbesteding, functies/rollen, kosten, beheersing, etc.).
  3. benoemt op welke manier het bestuur de uitvoering van de strategie evalueert, waarbij de raakvlakken met (de evaluatie van) de missie en visie worden benoemd
  4. beschrijft de manier waarop het risicobeheer en de organisatie daarvan zijn vormgegeven. 

 

 

Over de auteur
Gerard Metske
Pensioenfederatie

Dilemma's

  • Hoe zorg je dat de missie, visie en strategie daad­werkelijk de deelnemer dienen? Hoe peil je de risicohouding onder deelnemers en hoe voer je een dialoog met het verantwoordingsorgaan? Wat verwacht je van hen te horen?
  • Hoe breng je de wensen van de belanghebbenden in bij opdracht gevende partijen: de werkgever en de werknemers of hun vertegenwoordigers? En welke rol speelt het bij de opdrachtaanvaarding?
  • Sluiten missie, visie en strategie daadwerkelijk aan op de fondsdocumenten en de beleggingsportefeuille? Hou houd je dat structureel en gestructureerd in het oog en welke eisen stelt dit aan je organisatie?
  • Vraagt het intern toezicht actief om tegenspraak?